Argumentatie
Drogredenen en topsalarissen
V. Waarom verdienen topmanagers exorbitante bedragen?
A. Omdat ze met autoriteit veel geld vragen.
Degenen aan wie ze dat geld vragen denken: “Wie zoveel geld vraagt moet wel heel goed zijn. En daarom geven we het ook, want anders gaat hij nog ergens anders heen.”
A: Iemand vraagt met autoriteit veel geld.
B: Iemand die veel geld verdient moet wel goed in zijn vak zijn.
C. Iemand die met autoriteit veel geld vraagt zal dit wel (ergens) kunnen krijgen.
D. Dus is zo iemand goed in zijn vak.
E. Dus krijgt hij het van ons.
De frase “met autoriteit” heb ik toegevoegd omdat niet iedereen zulke hoge beloningen vermag te vragen. De vraag waar de manager zijn ethos vandaan haalt (mogelijk verdient hij het echt), of dat het wellicht met zijn narcisme te maken heeft, is een vraag die ik hier niet wil aanroeren. Omdat het me om de effectiviteit van een drogreden gaat.
De vraag of hij veel geld krijgt omdat hij goed is danwel of hij goed is omdat hij veel geld krijgt is onbeantwoordbaar geworden.
Let op de verschillende betekenissen van “omdat”: in de eerste frase is er een tijdsvolgorde en een verdienstelijkheidsreden voor de hoge beloning, in de tweede frase drukt het “omdat” een post hoc ergo propter hoc drogreden uit.
De verklaring voor dit verschijnsel is nog niet gegeven. Waarom gedragen wij ons als makke schapen op grond van deze falende redenering? Onder “wij” versta ik niet alleen degenen die de geldkraan openzetten, maar ook degenen die dat gelaten accepteren.
Het antwoord op die vraag komt niet van de logos-zijde van de situatie, maar van de ethos en pathos-zijden. Wij zijn onzeker en hebben behoefte aan een leidsman. Dat we er hier één voor ons hebben die mogelijk naar een ander gaat, versterkt onze angst dat we er zelf niet uit zullen komen. Dat is puur pathos. Het ethos-aspect heb ik boven al besproken. Ik heb het blijkbaar toch ook over de psychologie van de gebeurtenissen.
DSM-IV TR. 2000. Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders. Fourth Edition, Text Revision. Washington D.C: American Psychiatric Association.
Aristoteles. 2004. Retorica. Edited by Marc Huys. Translated by Marc Huys. Groningen: Historische Uitgeverij.